Fietsen en weven
Onze laatste fietstocht is ondertussen al weer twee jaar geleden en dat was tijdens het verzamelen bij het clubhuis al te merken: het batterijgehalte was met 141,67% gestegen, de middenmoter doet gestaag opmars (foto links) en de fietsen die nog in de oude staat waren herbergden her en der gelegenheidsverblijven voor spinnen en andersoortig beestengerij. Maar afijn, de banden waren weer eens opgepompt, de kettingen geolied en de zadels ingesmeerd tegen het kraken van te oude botten en omstreeks 10.30 uur werd vertrokken richting, jawel, weer Lierop.
Het was de organisatie gelukt om opnieuw prachtig fietsweer te regelen en de rit ging dan ook over de Summerse en Strabrechtse Hei, achter het Beuven langs, over langgerekte smalle paden waar je niet naast elkaar kunt fietsen en waar de “koeien” in slagorde lagen opgesteld naast het fietspad. Kennelijk had de organisatie de bedoeling elk individu eens terug te werpen op zijn of haar eigen overpeinzingen en fietsend in dat lange lint over die uitgestrekte hei keek je soms eens naar boven als er een vliegtuig richting Eindhoven vloog, waarbij je ongetwijfeld terugdacht aan die vliegramp van amper een week geleden… En zo achter elkaar rijdend is het ook moeilijk buurten en dat bleek wel weer tijdens de eerste stop midden op de hei, waar iedereen losbarstte en begon te kwebbelen over van alles en nog wat, onder het genot van een dubbelfris of zelfs al een biertje…
En verder ging het weer over dat smalle fietspad achter elkaar rijdend richting Heeze, waarbij het deuntje van “Hoe sterk is de eenzame fietser….” bij menigeen door het hoofd zal hebben gespeeld. In Heeze werd het dorp kort “aangeschampt” op de oostzijde, waarna vlakbij werd gestopt bij “De Vrolijke Vrienden”. Breed lachend aanschouwde de eigenaar hoe een 20-tal fietsen werd geparkeerd in zijn fietsenstalling maar uiterst beteuterd zag hij ze even later ook weer vetrekken naar de picknicktafels in het tegenovergelegen bosperceel, waar ook onze catering Audi illegaal in het terrein geparkeerd stond… En vervolgens kwamen de lunchpakketten tevoorschijn; niet alleen de gewone broodjes ham en kaas, nee ook broodjes eigen gemaakte gehaktbal en los in de fietstas rondgezwierd hebbende hard gekookte eieren, die nog maar amper gepeld hoefden te worden. Dit was ook het punt waar enkele andere fietsende leden aansloten; zij hadden tijdens de morgenuren verplichtingen elders gehad.
De trommeltjes leeg, de buikjes gevuld en op naar het volgende adres. En nu werd het pad wat breder zodat we weer naast elkaar konden rijden, verhalen konden vertellen en recepten en allerlei andere informatie konden uitwisselen. En al kletsend kwamen we terecht bij het Weverijmuseum in Geldrop, voor enkele van onze leden een herkenbare plaats omdat zij vroeger hier hadden gewerkt of in hetzelfde vakgebied elders. We kregen hier een uitgebreide rondleiding van mensen uit het vak, oud wevers, getouwstellers en andere textielmedewerkers. Omdat er voor het weven garen nodig is werd ook volop aandacht besteed aan het maken van garens en de meest vreemde machines werden hier getoond; ooit gehoord van een rek- en trekmachine? Je zou zeggen dat die in bejaardentehuizen staan om de mensen ’s morgens uit bed te helpen, maar nee hoor, gewoon nodig om garen te maken, net zoals de spin-, twijn-, spoel- en kettingscheermachines. We hebben heel wat informatie opgedaan en nu weten we tenminste ook waarom het schering en inslag is dat mensen in het harnas worden gejaagd als er geen garen op de klos komt en waarom dat je in de keuken moet slapen als je ontbijt op bed wilt hebben…
Het museum is niet alleen museum, want op een speciaal getouw uit 1900 worden zogenaamde smeerkussens vervaardigd. Dit zijn tapijtachtige weefsels die worden gebruikt voor de constante smering van de aspotten met glijlagers op de assen van oude locomotieven en trams die nog overal in Europa rondrijden. Dus deze traditionele weefvorm heeft nog echte klanten!
Maar het meest verwonderlijke museumstuk was toch wel een redelijk moderne batterij-aangedreven Kogamiyata damesfiets, die aan een ruim honderdjarige muur stroom stond af te tappen om de rest van de dag met de groep verder mee te kunnen komen… Bij nadere bestudering bleek het een bekend vervoermiddel te zijn van ene “Tinekoloog” waarvan de sleutels al eens bij een Mariakapel zouden zijn verschenen, of zoiets…
Via allerlei voor velen onbekende fietspaden ging de tocht weer richting Lierop natuurlijk, maar niet nadat in Mierlo een flinke omweg was gemaakt. “Je moet aan de kilometers komen” aldus een van de voorgangers! Daar werd nog maar eens gestopt bij een fruit- en aspergehandelaar die een prachtige nieuwe winkel met dakterras heeft gebouwd en waar van alles geserveerd wordt, al dan niet met voetbad(!), behalve alcohol. En vandaar was het niet ver meer naar het eindpunt: “terras van Oosterhout” in… u raadt het al: Lierop. Nu geen zelfbakkende “Jacques den Blijker in Jamie Olivier verpakking” maar een heerlijk warm en koud buffet van “Nelleke 24-kitchen”. En dat tezamen met een heerlijk koud biertje, wijntje of wat anders met of zonder alcohol, terwijl alles weer eens op z’n gemak in de van oudsher ontstane plooien kon zakken of schieten… was het een prima afsluiting van een perfecte dag. Heerlijk toch zo’n fietstocht!
Alle lof voor onze Activiteitencommissie – het is ze weer gelukt!!
De foto’s van de dag vindt u terug bij de albums en zijn gemaakt door Koos en Broer.